Blog

Lage frustratietolerantie

Dat heb ik weer! Waarom moet mij dat nou overkomen?

De term “lage frustratietolerantie” is afkomstig van Albert Ellis, de bekende Amerikaanse psychotherapeut die de grondlegger was van de Rationeel Emotieve Therapie (RET).
Ellis ging er vanuit dat niet zozeer de situatie zelf, maar onze gedachten over die situatie stress en frustratie veroorzaken. Zoals het idee dat alles makkelijk moet gaan en dat tegenslagen ons bespaard moeten blijven. Deze overtuiging heeft tot gevolg dat je bij iedere tegenvaller denkt: “Hier kan ik echt niet tegen!”
We moeten de gevolgen van een lage frustratietolerantie niet onderschatten. Niet alleen kan het leiden tot geklaag, maar ook tot woede, agressie, een kort lontje en uitstelgedrag.
Welke vorm van lage frustratietolerantie bij iemand de overhand heeft, bepaalt voor een groot deel hoe hij op ergernissen reageert, zegt filosoof Neil Harrington. Hij doet aan de Universiteit van Edinburgh onderzoek naar lage frustratietolerantie en ontdekte dat er vier verschillende vormen van bestaan. Aan iedere vorm ligt een andere overtuiging ten grondslag, maar elk is een variatie op de irrationele gedachte dat het leven makkelijk moet zijn. Deze vier vormen zijn:
1.  Er niet tegen kunnen om iets te doen wat vervelend is. U vindt dat alles in het leven leuk en fijn moet zijn.
2. Alles moet gaan zoals u dat wilt. Wanneer u uw zin niet krijgt, is de kans groot dat u boos wordt.
3. Geen onplezierige gevoelens kunnen verdragen zoals angst, spanning, schaamte. U gaat daardoor zaken vermijden.
4. Prestatiedrang. U vindt het vreselijk als u een fout heeft gemaakt of uw doelen niet hebt behaald.

Uit Harringtons onderzoek bleek bijvoorbeeld dat de overtuiging “Ik kan er niet tegen om iets te doen wat ik vervelend vind”, leidt tot uitstellen. Dat komt doordat bij mensen met deze overtuiging iedere moeilijke of vervelende klus negatieve gedachten oproept. (“He bah, ik heb nu geen zin om die belastingpapieren in te vullen”) Daardoor schuiven ze een klus voor zich uit om zich nu nog even lekker te voelen. Bovendien laat een ander onderzoek zien dat alle vormen van lage frustratietolerantie, in meer of mindere mate, de kans verhogen om een vorm van verslaving te ontwikkelen, zoals eet-, of koopverslaving. Dat komt doordat mensen met een lage frustratietolerantie moeite hebben met zelfbeheersing: het liefst willen ze iedere behoefte die zich aandient zo snel mogelijk bevredigen. Blijft de bevrediging uit, dan raken ze …inderdaad gefrustreerd.

Boek: Waarom gaat het nou nooit eens vanzelf, Bert van Dijk